Freule Etta van der Wyck groeide op in een statig pand aan de Oranjestraat in ’s-Gravenhage. In de vertrekken op de beletage overheersten de donkere kleuren van mahoniehouten meubelen en zware gordijnen, maar freule Etta en haar zusjes waren moderne jonge vrouwen: zij tennisten, bezochten de paardenraces getooid met grote, elegante hoeden en maakten indruk op de heren met hun gracieuze verschijning, gekleed volgens de laatste mode.
Op de foto de slaapkamer van freule Etta met witgelakte meubelen, een bloemenstandaard in de hoek en veel snuisterijen. Op het bureautje staan fotolijstjes, beeldjes en een olielampje. Aan de muur hangen miniaturen, ingelijste prenten in de stijl van Thomas Gainsborough en George Romney, en een brievenbakje. Het prentje midden onderaan lijkt een geknield en biddend meisje voor te stellen. Het is een meisjeskamer van ruim een eeuw geleden, maar wanneer je de afbeeldingen in de lijstjes zou vervangen door hedendaagse idolen als Lady Gaga of Beyoncé, dan zou het toch zomaar een romantische meisjeskamer van deze tijd kunnen zijn?