Eastman Johnson (1824-1906) leerde van 1851 tot 1855 het schildersvak in Den Haag en werd zó sterk beïnvloed door de Nederlandse kunst dat hij al tijdens zijn leven de bijnaam ‘de Amerikaanse Rembrandt’ kreeg. Tegenwoordig hangt zijn kunst prominent in de belangrijkste Amerikaanse musea, maar ook onder de Nederlandse adel en het patriciaat is zijn werk terug te vinden, want hij verdiende zijn geld met het maken van portretten. Leden van de adellijke familie Van Reigersberg Versluys stammen zelfs van Eastman Johnson af. Dr. Patricia Hills, professor emerita aan Boston University, werkt aan een catalogue raisonné van zijn oeuvre en is op zoek naar nog onbekend werk.
Dr. Patricia Hills: ‘Kunst van Eastman Johnson hangt prominent in de belangrijkste Amerikaanse musea, zoals het Metropolitan in New York en het Smithsonian in Washington DC, maar is bijvoorbeeld ook te zien in de tv-serie Desperate Housewives. Johnson maakte portretten van vier Amerikaanse presidenten en schilderde Amerikaanse scènes uit de Burgeroorlog, de levens van de oorspronkelijke Amerikanen en van de zwarte slaafgemaakten op de plantages, maar ook die van vrije zwarten. Dat werk van hem is bekend en beroemd; voor dit project zijn we juist op zoek naar nog onbekend werk uit zijn Nederlandse tijd.’
‘Alleen in Nederland’
Op 25-jarige leeftijd reisde Johnson naar Europa om als jonge al gevestigde tekenaar te leren schilderen. Hij was in 1851 van plan om vier maanden in Den Haag te blijven, maar dat werden voor zijn verdere ontwikkeling vier cruciale jaren. Wat trok hem zo aan Den Haag? ‘Ik merk dat ik veel voordeel haal uit het bestuderen van de spectaculaire werken van Rembrandt en enkele andere oude Hollandse meesters, waarvan ik vind dat je ze alleen in Nederland kan zien’, zo schreef hij. In het Mauritshuis bestudeerde hij de schilderijen van Rembrandt, waarvan hij ook kopieën maakte, en die van bijvoorbeeld Gerard Dou, Gabriel Metsu en Frans van Mieris. Tijdens zijn leven werd Johnson gevierd om zijn rijk geschilderde Hollandse stijl met het licht van Rembrandt en de verstilde intimiteit van Hollandse interieurs. Maar ook trok hij naar het vissersdorp Scheveningen om de mensen daar te tekenen en tekende hij op het bekende landgoed en Geneeskundig Etablissement Zuiderburg in Voorburg. In 1854 werd hij lid van de Haagse kunstenaarssociëteit Pulchri Studio.
Portretten van de adel
Voor zijn levensonderhoud schilderde en tekende Eastman Johnson portretten van de elite, van leden van de koninklijke familie en de adel tot notabelen en intellectuelen, vooral die in de regio Den Haag. Zo portretteerde hij prinses Marie der Nederlanden, dochter van Prins en Prinses Frederik, én leden van hun hofhouding, zoals bijvoorbeeld jonkheer Guillaume Albert Charles Herman von Goedecke (1816-1885) en zijn echtgenote jonkvrouwe Wendela Frederica Francina Fagel (1827-1894). Jonkheer Guillaume was kamerheer en adjudant i.b.d. van koning Willem III (1849-1885), kamerheer en adjudant van prins Frederik (1855-1867). Zijn vader jonkheer Friedrich Wilhelm was officier, onder meer in dienst van de Staten, van de vorst van Fulda, in Nassause dienst en uiteindelijk in Nederlandse dienst, waarna hij Ridder in de Militaire Willemsorde en Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw werd. In 1807 werd Friedrich Wilhelm door Frederik Willem Hertog van Nassau-Weilburg verheven in de adelstand en in 1817 werd hij ingelijfd in de Nederlandse adel. Jonkvrouwe Wendela Fagel was de dochter van mr. Jacob baron Fagel en jonkvrouwe Maria Boreel van Huize Avegoor in Ellecom, en was hofdame van prinses Frederik. Eastman Johnson maakte een portret van Wendela Fagel en twee van Guillaume von Goedecke.
Van Tuyll van Serooskerken
In de collectie van Slot Zuylen bevindt zich Eastman Johnsons portret uit 1855 van Jan Maximiliaan baron van Tuyll van Serooskerken, heer van Vleuten (1838-1904), zoon van Ernst Louis baron van Tuyll van Serooskerken, heer van Vleuten en van Wilhelmine Philippine Willink. Hij was vernoemd naar zijn grootvader, de staatsman Jan Maximiliaan, gouverneur van Utrecht en Noord-Holland en lid van de Raad van State i.b.d. In 1871 trouwde hij met Louise Anna Elisabeth barones van Utenhove, dochter van baron Jacob Gerrit Willem – gepensioneerd kapitein van de Generale Staf en Ridder Militaire Willemsorde – en Anna Willink. Zij bewoonden de ridderhofstad Vleuten.
Van Limburg Stirum
Erg charmant zijn de kinderportretten van de graven Wigbold Albert Willem (1845-1884) en Hendrik (1847-1902) en de gravinnen Woltera Geertruida (1841-1877) en Frederica Augusta (1842-1903) van Limburg Stirum. Deze portretten bevinden zich in de collectie van het Rijksmuseum en zijn in 1855 gemaakt. Zij waren de kinderen van Leopold graaf van Limburg Stirum (1818-1890), heer van Noordwijkerhout, kamerheer i.b.d. van koning Willem III en koningin Wilhelmina, uit zijn eerste huwelijk in 1840 met jonkvrouwe Adolphina Wilhelmina Anna van der Wyck (1818-1849) , vrouwe van Warmond, dochter van jonkheer mr. Hendrik en Woltera Geertruida barones van Pallandt. Woltera Geertruida trouwde met jhr. mr. Gerrit Johan Constantijn Schimmelpenninck, heer van Diepenheim en Frederica Augusta met jhr. Willem Lodewijk van Schuylenburch, heer van Wisch. De ongetrouwde graaf Hendrik was heer van Noordwijk en burgemeester van Noordwijkerhout. Graaf Wigbold Albert Willem volgde zijn moeder op als heer van Warmond en was getrouwd met jonkvrouwe Anna Alisabeth Groeninx van Zoelen.
Van Reigersberg Versluys
Niet alleen met portretten van de Nederlandse adel leeft Eastman Johnson voort, ook zijn DNA is aanwezig bij leden van de adellijke familie Van Reigersberg Versluys. In 1819 werd M.E.C. Versluijs verheven in de Nederlandse adel. Eastman Johnsons kleindochter Muriel Lorillard Ronalds Conkling (1897-1971) – dochter van Alfred Conkling en Ethel Eastman Johnson – trouwde in 1922 in Londen met de officier jonkheer Louis Mello van Reigersberg Versluys (1883-1957), zoon van jhr. Anthonie Willem en jonkvrouwe Louise Jeannette Alexandrine Evrardine Mollerus, van huize Zwaluwenburg in Oldebroek. Muriel en Louis Mello kregen twee kinderen, jonkheer Mello Lorillard (1929-2007) – bankier en honorair consul van Monaco te Kaapstad – en jonkheer Roderick Alexander Mello (1931-1947). De nakomelingen van jonkheer Mello Lorillard wonen verspreid over het Verenigd Koninkrijk en Nederland.
Links: jonkvrouwe Wendela Frederica Francina Fagel. Foto: RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, RKDimages (0000252526). Rechts: jonkheer Guillaume Albert Charles Herman von Goedecke. Foto: RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, RKDimages (IB00052314).
Wie heeft kunst van Eastman Johnson?
Dr. Patricia Hills is op zoek naar nog onbekende schilderijen en tekeningen van Eastman Johnson. Hij signeerde zijn werk met ‘E.J.’, ‘E. Johnson’ en met ‘Eastman Johnson’, vaak ook met een jaartal erbij en meestal rechtsonder. Maar er is ook werk van hem dat niet is gesigneerd. In beide gevallen is het belangrijk dat dr. Patricia Hills – internationaal dé expert op het gebied van Eastman Johnson – foto’s ontvangt van uw kunstwerk. Ze geeft gratis haar professionele expertise als u foto’s stuurt naar eastmanjohnsonproject@gmail.com, u kunt zowel in het Engels als in het Nederlands schrijven. Wanneer uw kunstwerk wordt opgenomen in de catalogue raisonné die Dr. Patricia Hills aan het maken is, verhoogt dit de waarde van het schilderij of de tekening.
Over het Eastman Johnson Catalogue Raisonné Project
Het Eastman Johnson Catalogue Raisonné Project wordt mogelijk gemaakt door een donatie van The Mr. and Mrs. Raymond J. Horowitz Foundation for the Arts aan het Fenimore Art Museum in Cooperstown, New York. Het project wordt geleid door Dr. Patricia Hills, voormalig professor aan Boston University, internationaal dé Eastman Johnsonexpert. De catalogue raisonné wordt in 2021 online gepubliceerd.