Op 18 juni 1815 vond de Slag bij Waterloo plaats, waarbij Napoleon definitief werd verslagen. Aan Nederlandse zijde verwierf het Regiment Huzaren van Boreel veel faam (zie hierover https://www.adelinnederland.nl/de-huzaren-van-boreel-jonkheer-willem-francois-boreel/), maar er waren ook gewonden en doden te betreuren. Onder hen ook de graaf Van Heiden van Reinestein. Onderstaand verhaal stond in jaargang 3, nummer 2 – juli 2019 van het digitale magazine dat de donateurs van de stichting Adel in Nederland vier keer per jaar per mail toegestuurd krijgen. Wilt u ook voor 17,50 euro per jaar donateur worden en dit magazine vier keer in uw mailbox ontvangen? Mail dan naar info@adelinnederland.nl.
Op 18 juni 1815 sneuvelde jonkheer Frederik Maurits des H.R. Rijksgraaf van Heiden van Reinestein bij Waterloo. Hij werd geboren op 22 september 1775 in ’s-Gravenhage als zoon van Sigismund Pierre Alexander des H.R. Rijksgraaf van Heiden, heer van Entinge en Reinestein (1740-1806) en Lady Maria Frederica Barones van Reede (1748-1807).
Hij groeide deels in ’s-Gravenhage en deels op Huis Laarwoud in Drenthe op. In 1792 trad hij zeventien jaar oud in dienst van het Staatse leger als ‘extraordinaire ingenieur’ en werd in 1794 gepromoveerd tot ‘luitenant-ingenieur’. Hij nam deel aan de campagnes in 1793 en 1794 in Brabant en Vlaanderen, maar nam met de komst van de Fransen in 1795 ontslag en trad een jaar later als kornet in dienst van het Regiment Dragonders ‘Prinz Ludwig’ in Brunswijk.
Nadat Brunswijk deel ging uitmaken van het Koninkrijk Westfalen nam hij ontslag en trad vervolgens in dienst van het Koninkrijk Holland met de rang van 1e luitenant. Door de inlijving van Holland bij het Keizerrijk Frankrijk werd hij Frans officier en verkreeg hij de rang van kapitein. Hij maakte in 1812 de Tocht naar Rusland mee en werd bij de beruchte oversteek over de rivier de Berezina gewond aan een been, maar slaagde er toch wonderwel in veilig terug te keren – in tegenstelling tot het grootste deel van het leger.
Na zijn herstel werd hij opnieuw kapitein in het Franse leger, tot hij in 1814 ontslag nam en in datzelfde jaar als kapitein bij de cavalerie van het 6e Regiment Huzaren in Nederlandse dienst trad. Op 28 maart 1815 volgde zijn benoeming als lid van de Ridderschap van Drenthe en hierdoor ging hij met het predikaat jonkheer deel uitmaken van de Nederlandse adel. De Nederlandse grafelijke titel kreeg hij in tegenstelling tot zijn twee broers nimmer, omdat hij door de geschiedenis werd ingehaald. Op 16 juni 1815 nam hij nam als ritmeester in het Regiment Huzaren van Boreel deel aan de Slag bij Quartre-Bras en ‘sneuvelde roemrijk voor zijn Vaderland’ twee dagen later bij Waterloo.
Zijn familie verkeerde even in onzekerheid over zijn lot, want pas op 8 juli verscheen er in de ‘Opregte Haarlemsche Courant’ een annonce, waarin ‘tot bittere droefheid zijner familie’ zijn overlijden ‘in den bloeijenden leeftijd van 39 Jaren’ werd bekend gemaakt.
Bronnen & Literatuur
Nederland’s Adelsboek jaargang 85 (1995), ’s-Gravenhage1-13.
Opregte Haarlemsche Courant, 8 juli 1815, 2.
http://www.napoleon-series.org/research/biographies/Holland/Cavalry/Officers/c_Heiden.html