Veilingnieuws Bubb Kuyper 21 t/m 24 nov.: het album amicorum van jonkheer Van Imbyze van Batenburg

Afb. 1. Eén van de tekeningen in het Album Amicorum met (vermoedelijk) het portret van Johan Willem van Imbyze van Batenburg met achter hem militaire symbolen en onder hem symbolen die verwijzen naar de Vrijmetselaars. Foto met hartelijke dank aan Bubb Kuyper Veilingen in Haarlem.

Van 21 t/m 24 november vindt er bij Bubb Kuyper Veilingen in Haarlem een grote veiling plaats van boeken, prenten, kaarten, documenten, enz., waaronder een album amicorum van jonkheer Johan Willem van Imbyze van Batenburg (1756-1837). Lees het verhaal hierbij hieronder en kijk voor de online catalogus van Bubb Kuyper Veilingen in Haarlem op https://www.bubbkuyper.com/index.php?option=com_virtuemart&view=category&virtuemart_category_id=453&virtuemart_manufacturer_id=0&Itemid=198

Lotnummer 79/2130 betreft een album amicorum van jonkheer Johan Willem van Imbyze van Batenburg. Hij werd geboren op 17 december 1756 in Oudewater. Zijn vader, Pascasius Diederik van Imbyze van Batenburg (1708-1782), was kapitein in Statendienst en grootmajoor van Oudewater. Zijn moeder, Magdalena Coers van Hemert (1726-1805), had de beide achternamen van haar ouders gekregen. Door deze dubbele achternaam werd een deftige afkomst gesuggereerd.

De dubbele achternaam Van Imbyze van Batenburg wekte de suggestie van afstamming uit het geslacht van de graven Van Bronckhorst Batenburg. Volgens de familieoverlevering was de grootvader van Johan Willem van Imbyze van Batenburg een natuurlijke zoon van een officier Van Imbyze bij een gravin Van Bronckhorst Batenburg. In werkelijkheid stamde hij uit een familie van boeren uit Batenburg en kwam deze grootvader Jan Willemszn van Batenburg († 1720) tot enig aanzien door zijn militaire carrière; hij begon als sergeant onder de graaf Van Hoorne en eindigde als kapitein.

Johan Willem van Imbyze van Batenburg maakte eveneens carrière in het leger en werd uiteindelijk generaal-majoor tit. in Nederlandse dienst. Hij onderscheidde zich in 1793, toen de Fransen de Nederlanden binnenvielen, en nam hij deel aan de herovering van Geertruidenberg, Klundert en Breda. In 1795 huwde hij Theodora Bisdom (van Vliet) (1768-1798), telg uit een rijk patriciërsgeslacht, en in 1808 huwde hij Margriet Bartholde Mackay (1766-1846), die uit een adellijk Schots geslacht stamde, waaruit nakomelingen zich als officieren in Nederland vestigde. Vanaf 1815 werden meerdere nakomelingen in de Nederlandse adel opgenomen met de titel baron/barones.

In 1820 werd Johan Willem van Imbyze van Batenburg verheven in de Nederlandse adel en ging sindsdien met het predikaat jonkheer door het leven. Uit zijn eerste huwelijk kreeg hij één zoon, die voor 1820 overleed. Op 13 november 1837 overleed jonkheer Johan Willem van Imbyze van Batenburg en met zijn overlijden stierf zijn familie binnen de Nederlandse adel uit.

Het album amicorum wordt getaxeerd op 3000-5000 euro. Veilingopbrengst: 3500 euro.

Benieuwd naar wat er verder geveild wordt? Kijk voor de online catalogus van Bubb Kuyper Veilingen in Haarlem op https://www.bubbkuyper.com/index.php?option=com_virtuemart&view=category&virtuemart_category_id=453&virtuemart_manufacturer_id=0&Itemid=198

Afb. 2. Het album amicorum met daarop de naam van de eigenaar: Johan Willem van Imbyze van Batenburg.

 

Derksen Veilingbedrijf 20 t/m 25 nov.: antiek, zilver, kristal en porselein uit adellijk bezit

Afb. 1. Lotnummer 5050: Jullien Fils Aine Poisonniere Paris porseleinen eetservies met gecontourneerde rand en goudkleurige decor met groene lijn. Op deze foto is slechts een deel van het zeer uitgebreide servies te zien. Foto met hartelijke dank aan Derksen Veilingbedrijf in Arnhem.

Van 20 t/m 25 november vindt er bij Derksen Veilingbedrijf in Arnhem een grote veiling plaats met onder meer antiek, kristal en porselein, enz., uit een ‘inboedel van een historisch huis en adellijke familie uit het midden van Nederland’. Lees het verhaal hieronder en kijk in de online catalogus van Derksen Veilingbedrijf voor wat er verder geveild wordt op https://derksen.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog#

In historische huizen, waar geen gebrek aan ruimte is, kunnen de spullen zich gedurende opeenvolgende generaties opeenhopen. Soms kan het dan ineens tijd zijn om op te ruimen en op deze veiling lijkt dat het geval. 57 kavels uit ‘een historisch huis en adellijke familie uit het midden van Nederland’ worden op deze veiling aangeboden en wie in de online catalogus zoekt op ‘adellijke’ komt ze vanzelf tegen. Het gaat om schilderijen, glaswerk, kristal, zilver, damast, porselein, enz.

Benieuwd naar wat er verder geveild wordt bij Derksen Veilingbedrijf in Arnhem? Kijk dan in de online catalogus op https://derksen.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog#

Afb. 2. Meerdere kavels met porselein uit adellijk bezit worden op deze veiling aangeboden. Boven- en onderstaande foto’s met hartelijke dank aan Derksen Veilingbedrijf in Arnhem.

Vr. 24 nov. Dorpskerk Huizum: lezing door Yme Kuiper over jonkheer mr. Montanus de Haan Hettema (1796-1873)

Afb. 1. De Dorpskerk in Huizum.

150 jaar geleden overleed jonkheer mr. Montanus de Haan Hettema te Leeuwarden. Deze jurist en frisist werd op het Huizumer kerkhof, vlak bij de Dorpskerk, begraven. Een passende aanleiding om aan deze roemruchte Fries aandacht te schenken met een lezing door prof. dr. Yme Kuiper: ‘Romantisch geleerde of quasi-adellijke fantast? Het verdriet van jhr.mr. Montanus de Haan Hettema (1796-1873)’. Aan de orde komt waarom hij ‘roemrucht’ (een combinatie van beroemd én berucht) was.

Afb. 2. Jonkheer mr. Montanus de Haan Hettema (1796-1873). Bron: Ofbyld:Jhr. Montanus de Haan Hettema jurist te Ljouwert.jpg – Wikipedy (wikipedia.org)

Hoewel hij zichzelf een groot geleerde vond voelde hij zich zwaar miskend in zijn eigen Friesland. In 1846 verscheen zijn ‘Stamboek van den Frieschen, vroegeren en lateren, adel’. Montanus was als Montse Hettema in de winter van 1796  gedoopt te Bolsward. Hier groeide hij op in het kinderrijke winkeliersgezin van de katholieke patriot Hans Hettema en zijn vrouw Jantje van Albada. In 1815 was Montse tot verrassing van velen in de Friese Ridderschap benoemd. Als jonkheer, niet als baron, zoals hij zelf graag wilde. Hij promoveerde in de rechten te Groningen. In 1838 liet hij zich adopteren door Anna Maria de Haan. Sindsdien noemde hij zich De Haan Hettema. Zijn mannelijk nageslacht nam later de familienaam Van Albada de Haan Hettema aan.

Hij verwierf (inter)nationale aandacht met uit het Oudfries overgeleverde wetteksten. Met zijn scherpe, ruzieachtige pen kreeg hij het aan de stok met talloze bekende Friese publicisten, zoals Wopke Eekhoff (zijn erfvijand) en Joast Hiddes Halbertsma.  Op alles wat er in zijn tijd over Friese taal en geschiedenis verscheen had De Haan Hettema iets aan te merken. Zijn eigen vondsten en proza bezaten een hoog romantisch-mythisch gehalte. Hij verzuchtte aan het einde van zijn publicitaire loopbaan: ‘Ik weet, ik sta bijna geheel alleen.’

Wie: Prof. dr. Yme Kuiper
Wat: lezing ‘Romantisch geleerde of quasi-adellijke fantast? Het verdriet van jhr.mr. Montanus de Haan Hettema (1796-1873)’.
Waar: Cultuurpodium Dorpskerk Huizum, Leeuwarden,
Wanneer: vrijdag 24 november 2023, om 16.00 uur

Kaarten
De toegangsprijs is € 6,00. Toegangskaarten kunnen vooraf digitaal worden aangeschaft via het Ticketkantoor: https://www.ticketkantoor.nl/shop/Ymekuiper .

Bij de kerk is weinig parkeerruimte. Bezoekers kunnen – op loopafstand en gratis – parkeren op het ruime parkeerterrein tegenover Intratuin (zuidzijde Tijnjedijk).

Yme Kuiper (1949) was bijzonder hoogleraar antropologie en historische buitenplaatsen aan de RUG en ontving de Dr. Joost Halbertsmaprijs en de Eismaprijs (nu Van Winterprijs). Vast staat dat De Haan Hettema het schitterend én terecht had gevonden als-ie geweten had dat diens leven en werk 150 jaar na diens sterfjaar door Yme Kuiper zou worden belicht in de Dorpskerk Huizum, het oudste monument (12e eeuw) van Leeuwarden…

Na de lezing staat Peter de Haan in een korte toegift stil bij een andere in Huizum begraven bekende Fries die 150 jaar geleden werd geboren. Wie die beroemdheid is, blijft een verrassing.

Derksen Veilingbedrijf 20 t/m 25 nov.: het portret van een Zuid-Nederlandse edelman uit de hoge adel met de Orde van het Gulden Vlies

Afb. 1. Het portret van een veldheer uit een, mogelijk, Zuid-Nederlandse familie uit de hoge adel, met de prestigieuze Orde van het Gulden Vlies, uit een ‘inboedel van een historisch huis en adellijke familie uit het midden van Nederland’. Foto met hartelijke dank aan Derksen Veilingbedrijf in Arnhem.

Van 20 t/m 25 november vindt er bij Derksen Veilingbedrijf in Arnhem een grote veiling plaats met antiek, meubelen, Aziatica, speelgoed, kunst, goud, zilver, brocante, enz. Tot de aangeboden goederen behoort ook een uniek portret van een, mogelijk, Zuid-Nederlandse edelman uit de hoge adel, die een keten draagt van de Orde van het Gulden Vlies. Het portret van deze veldheer is afkomstig uit een ‘inboedel van een historisch huis en adellijke familie uit het midden van Nederland’ en lijkt geschilderd te zijn in de trant van Caspar Netscher. Lees het verhaal hieronder en kijk in de online catalogus van Derksen Veilingbedrijf voor wat er verder geveild wordt op https://derksen.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog

De Orde van het Gulden Vlies behoort tot de meest prestigieuze onderscheidingen ter wereld en werd in 1430 in Brugge ingesteld door Filips de Goede Hertog van Bourgondië, die hem onder meer instelde om de hoge adel aan zich te binden. Na 1700 splitste de orde zich en kent daarom op dit moment twee Hoofden: de Spaanse Koning Flips IV en de Chef de Famille van de familie Habsburg-Lotharingen, Aartshertog Karl.

Door de eeuwen heen hebben meerdere leden van de familie Van Oranje-Nassau deze orde ontvangen, waaronder Willem van Oranje en diens zoon Filips-Willem. De laatste Oranje die het Gulden Vlies ontving, was Koningin Beatrix, die het als staatshoofd van Koning Juan Carlos van Spanje ontving.

Om welke edelman uit de hoge adel kan het hier gaan?
De orde werd in het verleden alleen aan rooms-katholieke edelen uit de hoge adel verleend. In de Noordelijke Nederlanden is hij voor de Reformatie aan een aantal hoge edelen verleend uit bekende adellijke geslachten zoals Van den Bergh (2x), Van Brederode (2x), Van Borsselen (3x), Van Glymes (4x), en Van Egmond (6 x)

Na de Reformatie werd het Gulden Vlies in de Zuidelijke Nederlanden alleen nog verleend aan rooms-katholieke edelen uit de hoge adel. Aangezien het een portret betreft uit de Hollandse School uit het 4e kwart van de 17e eeuw moet het hier gaan om waarschijnlijk een Zuid-Nederlandse edelman uit de hoge adel. De afgebeelde edelman is afbeeld met een maarschalksstaf en een helm. Op de achtergrond is een stad met een kerktoren te zien, als mogelijke verwijzing naar de plaats waar een veldslag heeft plaatsgevonden. Tot de Zuid-Nederlandse edelen die een hoge militaire functie hadden in dienst van de Spaanse Koning, behoorden leden van adellijke geslachten als Van Arenberg, De Croÿ en Van Egmond, waarvan nakomelingen in de 16e eeuw zich blijvend in de Zuidelijke Nederlanden vestigden. Nader onderzoek zou meer zekerheid over de identiteit kunnen opleveren, maar het portret is ook nu al van grote historische betekenis door de afbeelding van de prestigieuze Orde van het Gulden Vlies.

Benieuwd naar wat er verder geveild wordt bij Derksen Veilingbedrijf? Kijk dan in de online catalogus op https://derksen.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog

David Cameron en zijn Nederlandse schoonfamilie Van Tuyll van Serooskerken

Afb. 1. David William Donald Cameron (1966). Foto door Onbekende fotograaf – Dit bestand is geëxtraheerd uit een ander bestand, OGL v1.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=72738313

Vandaag werd bekend dat de Britse oud-premier David Cameron, die in de jaren 2010-2016 premier was van het Verenigd Koninkrijk, terugkeert in de politiek en minister van Buitenlandse Zaken wordt als opvolger van Suella Braverman. Via zijn echtgenote is hij verwant aan o.a. de Nederlandse baronnen Van Tuyll van Serooskerken en de graven Van Limburg Stirum:

David William Donald Cameron (1966)
tr. 1996
Samantha Gwendoline Sheffield (1971)
|
Sir Reginald Adrian Berkely Sheffield, 8th Baronet (1946)
tr. 1e
Annabel Lucy Veronica Jones (1948)
|
Edmund Charles Reginald Sheffield (1908-1977)
tr. 1931
Nancy Muriel Denise Soames (1906-1997)
|
Sir Berkeley Digby George Sheffield, 6th Baronet (1876-1946)
tr. 1904
Julie Marie barones van Tuyll van Serooskerken (1883-1952)

Afb. 2. Anna Mathilda barones van Tuyll van Serooskerken née gravin van Limburg Stirum (1854-1932), voor wie Kroonprins Willem de troon wilde opgeven. Foto met dank aan collectie RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis/IB00061612

Julie Marie barones van Tuyll van Serooskerken was een dochter van William Charles Reginald baron van Tuyll van Serooskerken (1845-1903) en Anna Mathilda gravin van Limburg Stirum (1854-1932). Met laatstgenoemde wenste Kroonprins Willem, de oudste zoon van Koning Willem III in het huwelijk te treden, maar hiervoor kreeg hij geen toestemming van zijn vader en hij trok zich terug in Parijs, waar hij overleed. Het zorgde er uiteindelijk voor dat Willem III werd opgevolgd door zijn dochter Koningin Wilhelmina.

De familie Sheffield stamt af van Sir Charles Herbert Sheffield, 1st Baronet (1706-1774), die een onwettige zoon was van John Sheffield, 1st Duke of Buckingham and Normanby. Hij erfde van de 2e en laatste Hertog van Buckingham diens fortuin en bezittingen, waaronder Normanby Hall en Buckingham House, dat hij in 1762 aan Koning George III verkocht – het huis staat tegenwoordig bekend als Buckingham Palace, maar wordt in de familie Sheffield nog wel ‘Buck House’ genoemd, als herinnering aan vroeger familiebezit. Nadat de familie Sheffield in 1963 Normanby Hall verliet, kocht zij datzelfde jaar Sutton Park. Hier woont nu de zwager van David Cameron en hier herinnert veel aan het roemrijke familieverleden, waaronder de Hertogen van Buckingham. Link naar de website van Sutton Park: https://www.sutton-park.co.uk/

Het predikaat Sir/Baronet is een niet-adellijk, maar wel erfelijk predikaat. Overigens stamt David Cameron zelf uit de oude Schotse Clan Cameron, waarvan de stamreeks tot in de 14e eeuw teruggaat, en waren voorvaderen van hem Chief of the Clan Cameron.

Afb. 3. Sutton Park – sinds 1963 het nieuwe centrum van de familiegeschiedenis voor de Sheffields. Foto met dank aan Welcome to Sutton Park (sutton-park.co.uk).

Venduehuis 14, 15 en 16 nov.: Old Masters, Nineteenth Century and Early Modern Art

Afb. 1. Susanna Agneta Binkes (1742-1794), op haar portret door Jacob Maurer uit 1761. Twee jaar later huwde zij Willem van Braam. Foto met hartelijke dank aan het Venduehuis in Den Haag.

Op dinsdag 14 november is er een zaalveiling en op woensdag 15 en donderdag 16 november zijn er online veilingen bij het Venduehuis in Den Haag met als thema Old Masters, Nineteenth Century and Early Modern Art. Tot de aangeboden kavels behoort dit portret van Susanna Agneta van Braam-Binkes door Jacob Maurer. Lees het verhaal hierbij hieronder of kijk in de online catalogus van het Venduehuis voor wat er verder geveild wordt op https://auctions.venduehuis.com/nl/#/auctions/60c13e6c-b029-4cc2-8d83-90249c6104de?lot_status=all, op https://auctions.venduehuis.com/nl/#/auctions/2988d05d-dab6-4735-9571-55c1c0975995?lot_status=all of op https://auctions.venduehuis.com/nl/#/auctions/55eea126-0d53-4657-8b69-26fe3fd93493?lot_status=all

Susanna Agneta Binkes werd geboren op 14 juli 1742 in Harderwijk als dochter van Jan Binkes en Margaretha de Gorter. Zij stamde uit een geslacht dat in latere tijden opgenomen zou worden in het Blauwe Boekje van het Nederland’s Patriciaat. Haar overgrootvader was burgemeester van Stavoren, maar zowel haar vader als grootvader kozen voor een maritieme carrière. Haar grootvader werd kapitein-ter-zee bij de Admiraliteit van Amsterdam en haar vader werd, eveneens bij de Admiraliteit van Amsterdam, schout-bij-nacht. Haar vader verwierf faam, toen hij in 1758 twee schepen, die door Engelse kapers veroverd waren, wist te bevrijden. In 1781 eindigde zijn carrière echter roemloos, toen hem verweten werd dat hij een eveneens door de Engelsen ingenomen schip niet heroverd had. Hij werd voor drie jaar uit zijn post gezet en hij kreeg zijn jaarwedde niet ‘wegens het niet betoonen van behoorlijken ijver en de vereischte werkzaamheid’.

Op 27 november 1763 trad Susanna Agneta Binkes in het huwelijk met Willem van Braam (1732-1807). Hij kwam uit een geslacht dat ook is opgenomen in het Blauwe Boekje van het Nederland’s Patriciaat. Zijn vader was, naast schout en rentmeester, oprichter van de firma Van Braam en Helsdingen, kooplieden in Oostindische lijnwaden en Chinese rariteiten in de Spinhuissteeg in Amsterdam. Zelf koos hij echter voor een maritieme carrière en trad, twaalf jaar oud, in zeedienst als adelborst bij de Admiraliteit van Amsterdam. Zijn roem groeide gestadig en in 1763 werd hij benoemd tot Commandeur van de retourvloot uit Ned.-Indië en kreeg uit dank voor zijn verdiensten een gouden medaille aan een gouden keten. Zijn grootste roem verwierf hij in 1781 in de Slag bij de Doggersbank tegen de Engelsen en hij werd daarna bevorderd tot schout-bij-nacht en adjudant-generaal van Stadhouder Willem V.

Het echtpaar kreeg drie kinderen: twee dochters en een zoon. De oudste dochter Margrieta Maria van Braam (1764-1800) huwde de kapitein-ter-zee Dirk Hendrik Kolff (1761-1835). De jongste dochter Alida Johanna van Braam huwde Jacob Steffens (1776-1832), die kapitein bij de artillerie werd en bij een duel het leven zou laten. Hun enige zoon Frans Thomas van Braam (1767-1803) werd luitenant-ter-zee en overleed ongehuwd zesendertig jaar oud in Suriname. Susanna Agneta van Braam-Binkes overleed zelf eind september 1794 en werd op 1 oktober 1795 begraven in Amersfoort.

Het portret betreft een olieverf op doek, meet 72×58 cm, is gesigneerd ‘Maurer fec./1761’ en wordt getaxeerd op 1200-1600 euro. Veilingopbrengst: 1600 euro.

Benieuwd naar wat er verder op deze drie veilingen geveild wordt? Kijk dan in de online catalogi van het Venduehuis in Den Haag op https://auctions.venduehuis.com/nl/#/auctions/60c13e6c-b029-4cc2-8d83-90249c6104de?lot_status=all, op https://auctions.venduehuis.com/nl/#/auctions/2988d05d-dab6-4735-9571-55c1c0975995?lot_status=all of op https://auctions.venduehuis.com/nl/#/auctions/55eea126-0d53-4657-8b69-26fe3fd93493?lot_status=all

Afb. 2. Portret van Willem van Braam, Mathias de Sallieth, naar Johannes Craco, 1789 – na 1800. Collectie Rijksmuseum Amsterdam RP-P-OB-60.420.

Geboren: Stoop en Constandse

Afb. 1. Het familiewapen Stoop.

Jonkvrouwe Emma Henriette Stoop, geboren Amersfoort 27 oktober 2023, dochter van jonkheer Evert-Jan Stoop en Renske Stoop née Gillissen.

Pepijn Joost Anton Constandse, geboren Amsterdam 28 oktober 2023, zoon van Daan Constandse en jonkvrouwe Julie Laetitia van de Poll.

Afb. 2. Het familiewapen Van de Poll.

Boekennieuws: ‘Jules graaf van Bylandt. Een adellijke avonturier’, door Ronald Kousbroek

Afb. 1. Jules graaf van Bylandt (1863-1907) op de voorkant van zijn biografie.

Jules Ernest Othon Anne Adrien graaf van Bylandt, heer van Benthorn (1863-1907) werd geboren in een zeer gefortuneerde familie en beide ouders behoorden tot de oude adel: Jules Auguste graaf van Byland (1818-1873) en Frédérique Julie barones van der Duyn, vrouwe van Benthorn (1823-1878).

Op 14-jarige leeftijd werd hij al wees en hij en zijn zusje werden opgenomen in het gezin van een verre oom en tante Van Bylandt. Zijn zusje huwde in 1884 Godard John George Charles graaf van Aldenburg Bentinck, heer van Amerongen, maar zelf bleef hij ongehuwd – ook al lijken er wel dames een rol in zijn leven gespeeld te hebben, zo blijkt uit bewaard gebleven archiefmateriaal. Hij studeerde wel, maar voltooide nooit zijn studie rechten. Verder speelde hij zeer goed piano en was hij een begenadigd violist.

Het hoogtepunt van zijn maatschappelijke carrière werd zijn benoeming tot Attaché Honoraire in 1896, toen hij (onbezoldigd!) deel ging uitmaken van het speciale Nederlandse gezantschap om de kroning van Keizer Nicolaas II bij te wonen. Zijn leven bestond verder uit het onderhouden van sociale contacten, jagen, sport en heel veel reizen.

Afb. 2. Groepsportret van het Nederlands Gezantschap bij de Kroning van Tsaar Nicolaas II in 1896, met staande, derde van links: Jules graaf van Bylandt, Attaché Honorair. Foto met hartelijke dank aan collectie RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis/IB01015087.

Adellijke reizigers zoals hij konden het zich veroorloven niet te werken voor hun onderhoud. Hij was vrij om buiten de gebaande paden het avontuur te zoeken. Hij stond bekend als een ‘koen reiziger en voortreffelijk sportsman’. Tussen 1888 en 1906 maakte hij een twaalftal reizen, waarvan een aantal door nog niet door andere reizigers ontdekte gebieden. Daarnaast was hij een zeer verdienstelijk schermer en bobsleeër. Deze laatste grote passie, met name toboggan (het huidige skeleton), werd hem op 18 februari 1907 fataal toen hij in Sankt Moritz dodelijk verongelukte.

Aan de hand van archiefstukken en brieven wordt het leven van de adellijke avonturier Jules van Bylandt vanaf zijn geboorte in 1863 tot aan zijn dood in 1907 beschreven. Een belangrijke bron zijn de niet eerder openbaar gemaakte brieven die Jules tijdens zijn reizen aan zijn zus Louise heeft geschreven.

Ronald Kousbroek deed zeer grondig onderzoek naar het leven van Jules graaf van Bylandt en geeft ons hiermee een kijkje in de leefwijze van de bovenlaag van de Nederlandse elite eind 19e eeuw, die financieel onafhankelijk was en die zich deze kosmopolitische leefstijl kon permitteren – Jules van Bylandt liet na zijn overlijden een vermogen na van ruim 1 miljoen gulden, omgerekend nu zo’n 128 miljoen euro. Dit boek is een aanrader en erg interessant om te lezen! Voor bestelmogelijkheid zie: https://uitgeverijaspekt.nl/product/jules-graaf-van-bylandt/

Over de auteur
Ronald Kousbroek (1948) is als rondleider/onderzoeker verbonden aan kasteel Amerongen. Hij is tevens auteur van het in 2021 door Aspekt uitgegeven boek ‘Majesteiten zijn nu eenmaal geen gewone stervelingen!’; een beschrijving van het verblijf van ex-keizer Wilhelm II op kasteel Amerongen aan de hand van dagboekaantekeningen van zijn lijfarts dr. med. Alfred Haehner.

Afb. 3. Artikel uit een Italiaans tijdschrift, waarin een foto de plek des onheils toont op de bobsleebaan. Hier stierf Jules graaf van Bylandt, toen hij tegen een plank aan knalde, die de baanverzorger vergeten was weg te halen. In Sankt-Moritz herinnert nog steeds een monumentje aan hem. Art. uit part. bezit.

Het verhaal bij een graf: het familiegraf van Johannes graaf van den Bosch (1780-1844)

Afb. 1. De familiegrafkelder Van den Bosch met links Johannes graaf van den Bosch (1780-1844) en rechts Rudolphina Wilhelmina Elizabeth gravin van den Bosch née de Sturler (1799-1873), met hun zoon jonkheer Richard Leeuwenhart van den Bosch (1815-1905), portretten door Cornelis Kruseman uit 1829, coll. Rijksmuseum, Amsterdam.

Wie op de Algemene Begraafplaats in ’s-Gravenhage rondwandelt, treft daar vele adellijke namen aan. Zo rust hier de eenbenige minister van Oorlog Menno David graaf van Limburg Stirum (1807-1891), die 1832 zijn rechtervoet verloor door een bomscherf tijdens de Belgische Opstand, maar ook de bekende staatsman en grondlegger van ons Koninkrijk Gijsbert Karel graaf van Hogendorp (1762-1834) vond hier zijn laatste rustplaats.

Hier vlakbij in de buurt bevindt zich de grafkelder van de graven en jonkheren Van den Bosch, die in 2016 in opdracht van de familie zorgvuldig gerestaureerd werd. De grafkelder werd in 1845 gebouwd voor Johannes graaf van den Bosch (1780-1844), de bekende gouverneur-generaal van Ned.-Indië in de jaren 1829-1834 en zijn echtgenote Rudolphina Wilhelmina Elizabeth de Sturler (1799-1873). Hij werd vanwege zijn vele verdiensten in 1835 verheven in de Nederlandse adel met de titel van baron en vier jaar later, nadat hij terugtrad als minister van Koloniën, werd hem de titel van graaf bij eerstgeboorte verleend.

Afb. 2. Op de afdekplaat het familiewapen in marmer en rondom elegante marmeren steles met namen en functies.
Afb. 2. Op de afdekplaat van de grafkelder het familiewapen in marmer en rondom marmeren steles met namen en functies, die tegen het smeedijzeren hekwerk zijn aangebracht.

De grafkelder wordt afgedekt door een 4000 kg zware afdekplaat van Belgisch hardsteen, waarop in wit Carara marmer zeer fraai het familiewapen is aangebracht. Het hekwerk in neogotische stijl verleent het graf een monumentale allure. Op de dekplaat zijn rondom het familiewapen de namen aangebracht van de alhier bijgezette familieleden en toen er geen ruimte meer was voor nieuwe namen, vond men een elegante oplossing door het aanbrengen van wit marmeren steles tegen het smeedijzeren hekwerk.

Afb. 3. Links een smeedijzeren hoekornament en rechts het grafelijk wapen Van den Bosch in marmer, dat sinds de restauratie wordt beschermd door een hardglazen plaat.
Afb. 3. Links een smeedijzeren hoekornament en rechts het grafelijk wapen Van den Bosch in marmer, dat sinds de restauratie wordt beschermd tegen weersinvloeden door een hardglazen plaat.

In totaal zijn hier tweeëntwintig familieleden uit zes generaties bijgezet. Alleen het hoofd van de familie voert de titel van graaf door eerstgeboorterecht en de overige familieleden zijn jonkheer/jonkvrouwe. In deze familiegrafkelder zijn de 1e, 3e, 5e en 6e graaf bijgezet. De 2e graaf overleed in 1854 in Buitenzorg in Ned.-Indië en werd aldaar begraven en de 4e graaf, die in 1923 overleed, vond op Nieuw Eik en Duinen in ’s-Gravenhage zijn laatste rustplaats.

Over de begrafenis van de 3e graaf, Johannes Hendrik Willem graaf van de Bosch (1840-1902) werd destijds het volgende bericht in de krant geschreven:

Uitvaart Graaf van den Bosch
“Onder buitengewoon vele blijken van deelneming uit kringen van oud-Indische hoofdambtenaren en oud-opper- en hoofdofficieren van land- en zeemacht en van het N.-I. leger werd hedenmiddag ter algemeene begraafplaats te ‘s-Gravenhage het stoffelijk hulsel van den oud-resident van Cheribon, den heer J.H.W. graaf van den Bosch, in den familiegrafkelder bijgezet. De lijkbaar was geheel bedolven onder bloemen en kransen, waarbij er waren van oud-academievrienden van den ontslapene. De luitenant ter zee jhr. Van den Bosch (tweede zoon van de overledene, die later vice-admiraal zou worden – red.) dankte voor de betoonde belangstelling.”

Bericht en foto’s mede met hartelijke dank aan de familie Van den Bosch, die zo vriendelijk was om aan dit bericht mee te willen werken.

Nieuw publieksboek over Menkemaborg

Afb. 1. Jonkheren Edzardt Willem en Gerhard Alberda van Menkema met paard, wagen en koetsier voor het schathuis bij de Menkemaborg in Uithuizen, 1882, Collectie Groninger Archieven

UITHUIZEN –Historicus Martin Hillenga schrijft in opdracht van Stichting Museum Menkemaborg een publieksboek over de Menkemaborg.

De laatste Alberda
De Menkemaborg in Uithuizen is ingericht ‘alsof de bewoners eventjes weg zijn’. Dat ‘eventjes’ duurt in werkelijkheid al 121 jaar: de laatste bewoner Gerhard Alberda van Menkema overleed in 1902, ongetrouwd en kinderloos. Zijn erfgenamen schonken het huis na een lange periode van leegstand aan het Groninger Museum. Sinds 1927 is het geopend voor het publiek. De borg geeft nu een beeld van adellijke wooncultuur in de achttiende eeuw. Daarbij staan pracht en praal meer in de schijnwerpers dan het alledaagse. Objecten als de koetsiershoed, tuin- en keukengereedschappen en het schellekoord (waarmee de dienstmeid opgeroepen kon worden) bleven veelal door hun alledaagsheid in de schaduw. Het is nu tijd om ook dát verhaal te vertellen.

 Het dagelijkse borgleven
“Het nieuwe boek moet de mens weer in de borg plaatsen,” aldus Martin Hillenga. Het rijk geïllustreerde boek over de Uithuizense borg zal het verhaal van de adel en het personeel in dienst van de Alberda’s belichten. Over de jachtopzieners, tuinmannen, rentmeesters, huisonderwijzers, koetsiers en keuken- en linnenmeiden is nog weinig bekend. Juist de verhalen over de dagelijkse gang van zaken op een borg zullen het grote publiek moeten aanspreken, maar zijn nog niet eerder onderzocht. En ook wat betreft de Alberda’s is nog het nodige te onderzoeken en ontdekken.

Oproep aan inwoners
De insteek van het boek past naadloos in het nieuwe beleid van de Menkemaborg. Het museum wil toegankelijker zijn en zoekt actief de verbinding met Uithuizenaren en bewoners in de regio. Voor de ontwikkeling van de publicatie doet de auteur een oproep aan de inwoners van de provincie. Zijn er mensen die verhalen over de Menkemaborg, de familie Alberda en het personeel kennen en willen delen? Wellicht zijn er zelfs nog voorwerpen van de Menkemaborg bij mensen thuis? Neem telefonisch of per mail contact op met de borg, tel: 0595 431970 en info@menkemaborg.nl.

Auteur
Gevierd historicus Martin Hillenga publiceert regelmatig vanuit actuele wetenschappelijke inzichten op een toegankelijke manier over geschiedenis, taal en cultuur van Noord-Nederland. Zijn recente boek Wadapatja. 101 Groninger gebruiken, tradities en (eigen)aardigheden (2019) heeft inmiddels vijf drukken en is onderscheiden met de K. ter Laanprijs en won Het Beste Groninger Boek 2019. Hij studeerde geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen en is gespecialiseerd in Volkskunde.

Afb. 2. De voorgevel met p de toegangsbrug een leeuw met het familiewapen Alberda van Menkema.