Aan de Springweg in het centrum van Utrecht staat het zogeheten Duitse Huis. Het werd halverwege de veertiende eeuw gebouwd als opvolger van een dertiende-eeuws gebouwencomplex buiten de stadsmuur. Dit Duitse Huis was de hoofdvestiging van de Duitse Orde in de Noordelijke Nederlanden. Net als bijvoorbeeld de Orde van de Tempeliers en de Johannieterorde was deze orde actief betrokken bij de kruistochten. Vooral na de val van het laatste kruisvaardersbolwerk in het Midden-Oosten in 1291, vochten de ridders van de Duitse Orde tevens in het Oostzeegebied, alwaar een heuse ordestaat ontstond. Het zijn de militaire activiteiten die dergelijke geestelijke ridderorden bekend hebben gemaakt en die ook in het historisch onderzoek de meeste aandacht hebben gekregen. Minder bekend zijn echter de vestigingen in de herkomstgebieden van de broeders, alwaar ridders en priesters gezamenlijk een religieus leven leidden in nederzettingen zoals het Duitse Huis. Daar beheerden ze het lokale goederenbezit van de Duitse Orde, waarmee de eigen leefgemeenschap kon worden bekostigd en een bijdrage kon worden geleverd aan de activiteiten van de orde elders. In dit boek wordt inzichtelijk gemaakt hoe de goederenverwerving van het Duitse Huis gedurende de middeleeuwen tot stand kwam. Veel aandacht gaat bijvoorbeeld uit naar de beweegredenen van schenkers. Voor het onderzoek is rijkelijk geput uit een gevarieerde schat aan bronnen, zoals oorkonden, pachtregisters en landkaarten. Kruistochten, devotie, politiek en patronage, leiderschapskwaliteiten en economische omstandigheden komen naar voren als de factoren die de ontwikkeling van de goederenverwerving in verschillende vormen hebben bepaald.
Op 22 en 23 november zijn er bij het Zeeuws Veilinghuis in Middelburg drie veilingen met Aziatica en Indonesian Art, waaronder porselein met familiewapens en schilderijen door Willem Jan Pieter van der Does. Lees het verhaal hierbij hieronder en kijk voor de online catalogi om te zien wat er verder geveild wordt op https://connect.invaluable.com/zeeuws/
Op 22 november vindt de Exclusive Items veiling plaats. Lot 48 betreft een terrine van de New British East India Company met een wapenafbeelding. Dergelijke terrines maakten deel uit van grote serviezen, die speciaal op bestelling werden gemaakt, waarbij het familiewapen prominent in beeld werd gebracht. In dit geval gaat het om het wapen van de New British East India Company. De Latijnse spreuk eronder betekent: By the Command of the King and Parliament of England. De terrine wordt getaxeerd op 1000-1200 euro.
Op 23 november vinden de Asian Art en Indonesian Art online veilingen plaats. Lot 513 betreft een ‘Indonesisch landschap’ door Willem Jan Pieter van der Does (1889-1966). Tot de Nederlandse adel behoort het geslacht Van der Does, waaruit in de jaren 1815, 1817, 1827 verschillende leden werden verheven in de Nederlandse adel. De stamvader van deze familie is Simon van der Does, die in 1565 schout van Den Haag was. Dat overeenkomst in achternaam geen verwantschap met deze adellijke familie hoeft te betekenen, laat nader onderzoek zien: de oudst bekende voorvader van Willem Jan Pieter van der Does is Jan Klaasse van der Does, die in 1707 in Katwijk aan de Rijn in het huwelijk trad met Adriaantje Kornelis Veldgroen.
Hoewel niet verwant aan het adellijke geslacht Van der Does, is Willem Jan Pieter van der Does een mooi voorbeeld van de neerslag van de Nederlandse aanwezigheid in Indonesië in de vorm van kunst. Dit zie je tot op heden terug in de grote hoeveelheid Indonesische kunst in Nederland, waarvan het merendeel geveild wordt bij het Zeeuws Veilinghuis.
Het schilderij wordt getaxeerd op 600-800 euro.
Benieuwd naar wat er verder bij het Zeeuws Veilinghuis in Middelburg geveild wordt? Kijk dan in de online catalogi op https://connect.invaluable.com/zeeuws/
In juni 2016 maakte Vereniging Hendrick de Keyser, een vereniging die zich inzet voor het behoud van architectonisch of historisch belangrijke gebouwen en hun interieur, bekend dat zij Huize Alpha in Warnsveld in haar bezit had gekregen dankzij een schenking van jonkheer ir. Joan Philip Laman Trip (1914-2009) en ds. Elske Willemina Hendrika Laman Trip née Kleinstarink (1924-2015).
Wie vanuit Zutphen komend Warnsveld binnenrijdt, ziet Huize Alpha als een beeldbepalend huis op de t-splitsing voor zich liggen met daarachter krachtig oprijzend de kerktoren. Het huis werd in 1835 gebouwd door jonkheer Willem Pieter Justus de Ridder (1785-1860), die in de jaren 1815-1830 vrederechter in Nieuwer-Amstel was en daarnaast lid van de Ridderschap van Holland.
Het huis kwam in 1881 in het bezit van de patriciaatsfamilie ver Loren van Themaat: mr. Joan Philip ver Loren van Themaat (1840-1890), die rechter bij de Arondissements Rechtbank in Zutphen was, en echtgenote Hester Geertruid Kronenberg (1848-1930), die eveneens uit een patriciaatsfamilie stamde. Na hun overlijden werd het huis door twee van hun dochters bewoond: Anna Dorothea Joanna (‘Dora’) en Ida Judith (‘Juuth’). Hun zusje Maria Elisabeth was gehuwd met ir. jonkheer Willem Laman Trip en het was hun zoon die het huis na het overlijden van beide tantes erfde.
Jonkheer ir. Joan Philip Laman Trip (1914-2009) was landbouwkundig ingenieur en naast rentmeester van het Kroondomein was hij leraar. Om de Arbeitseinsatz te ontlopen kwam hij in de oorlogsjaren op Huize Alpha wonen en deed daar voor zijn tante administratie en onderhield de tuin. In 1950 huwde hij Elske Willemina Hendrika Kleinstarink (1924-2015), dochter van een opzichter uit Rheden. Zij was van huis uit Nederlands Hervormd, maar stapte over naar de Remonstranten, vanwege haar wens om predikant te kunnen worden. Na haar studie in Leiden werd zij in 1959 predikant, waaronder in Apeldoorn en Doesburg, maar ook in het Duitse Friedrichstadt. Hier was zij nauw betrokken bij de festiviteiten vanwege het 350 jarige bestaan van de stad en uiteindelijjk werd haar het ereburgerschap van de stad verleend.
In 1976 kochten zij hier als tweede huisje een historisch handwerkershuisje recht tegenover de Remonstrantse kerk en restaureerden het in historische stijl met authentieke materialen. In de gevel werden als de drie trippen uit het familiewapen als huismerk aangebracht. Het huis werd door hen in 1998 in een stichting ondergebracht en valt nu onder de zorg van de Duitse Monumentenzorg.
Zij werd een predikant in hart en nieren genoemd, die iedereen het gevoel wist te geven dat zij er speciaal voor jou was. Haar kerkdiensten waren een combinatie van diepe ernst en grote vrolijkheid, die zo druk bezocht werden, dat mensen op de grond en in de vensterbanken moesten zitten. Zij maakte daarnaast faam met haar lezingen over Dante, Chagall en andere onderwerpen op het raakvlak van kerk, kunst en cultuur. Maatschappelijk was zij zeer betrokken en zo ondertekende zij in 1987 de petitie Leeftijdsgrens Zedelijkheidswetgeving van het COC, dat strafuitsluiting bij seksuele contacten van en met jongeren onder de 16 jaar voorstelde.
Hun huwelijk bleef kinderloos en over kinderloosheid preekte zij eens: “Kinderloosheid kan voor een vrouw sowieso al een groot verdriet zijn. Wat wordt er in onze tijd al niet daartegen ondernomen met kunstmatige bevruchting, adoptie en zo. Maar in de oudtestamentische tijd was het – vooral psychisch gezien – een nóg grotere belasting. Omdat het, zoals we al vernamen, ook als een “vloek, een straf van God” werd beschouwd” en “Hoe diep moet soms het leed inslaan in het leven, dat je tot deze conclusie komt. “De mens is niet altijd sterk door zijn kracht.” Want het is toch normaal en gezond, als je in momenten van vertwijfeling eerst bij jezelf de krachten zoekt. En meestal vestig je dan, als het niet anders kan, eerst nog de hoop op hulp van medemensen. Maar, waar haal je tenslotte de krachten vandaan als er überhaupt geen “menselijke hulp meer baat”? Ja, dan hebben sinds onheuglijke tijden mensen toch gedaan, wat Hanna deed. En gelukkig de mens, die dán deze weg nog kent: “De weg zoeken naar God.” En de weg naar God is: het gebed!”
Het echtpaar bewoonde met veel liefde Huize Alpha en aanpassingen werden zorgvuldig gedocumenteerd. Al eerder toonden zij hun betrokkenheid bij erfgoed door de schenking van de 19e eeuwse veldwachterswoning in Warnsveld aan de Vereniging Hendrick de Keyser. Dit dreigde onder de slopershamer te vallen en daarom kocht hij het aan en liet het op eigen kosten restaureren: “Ik vind dat geen verdienste, want wij hebben geen kinderen en doen dus niemand tekort” en hij hoopte dat andere monumenten in Warnsveld door dit voorbeeld ook gerestaureerd zouden worden.
Warnsveld lag hen na aan het hart en toen het dorpsaanzicht en de groengordel aan de westzijde aangetast dreigde te worden, raakte hij als mede-oprichter zeer betrokken bij de Stichting Waardevol Warnsveld en de Stichting Warnsveldse Monumenten, hetgeen uiteindelijk resulteerde in het aanwijzen van Warnsveld als beschermd dorpsgezicht. Ook zette hij zich in om Huis Welgelegen, dat van een andere tante was en naast Huize Alpha lag, om te vormen tot een woonzorgvoorziening. Hier wordt nog steeds ieder jaar rond zijn verjaardagsdatum de Welgelegendag gevierd om dit te herdenken. Vanwege zijn vele verdiensten behaagde het H.M. hem in 2007 te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Hoewel zeer verrast, vond hij het eigenlijk teveel eer, want hij had het immers samen met anderen gedaan.
In 2008 overleed jonkheer Joan Laman Trip ‘na een rijk en vervuld leven, altijd in dienst van de medemens en het cultureel erfgoed’. Hij werd geroemd om zijn fijnzinnigheid en integriteit en zijn liefde voor natuur en culturele monumenten, waarmee hij anderen wist te inspireren. Na het overlijden van haar ‘innig geliefde man en levenskameraad’ bleef zij eerst Huize Alpha bewonen en drie jaar later werd ook zij Koninklijk onderscheiden en behaagde het H.M. haar te benoemen tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau. Zij verhuisde uiteindelijk naar het naastgelegen huis Welgelegen. Hier mocht zij in 2013 de openingshandeling verrichten van de nieuwe luiken. Het huis telde er eens drieëndertig, maar twintig waren er in de oorlog opgestookt. Bij haar overlijden schreef men dat zij overleden was ‘na een rijk en vervuld leven, altijd in dienst van de medemens en het geloof’.
Met de schenking van Huize Alpha aan de Vereniging Hendrick de Keyser heeft Warnsveld nu een blijvend monument voor het bijzondere echtpaar Laman Trip-Kleinstarink.
Pieter Wilhelm Adrianus Cort van der Linden (1846-1935) was de zoon van mr. Gijsbertus Martinus van der Linden (1812-1888) en Jacoba Henriette Wttewaall (1812-1866). De familie Van der Linden is een patriciaatsfamilie uit het Blauwe Boekje en gaat terug tot in de 16e eeuw. Pieter Wilhelm Adrianus voegde de familienaam van zijn grootmoeder Cort toe en zo ontstond deze dubbele achternaam. Een andere tak van deze familie voegde de naam Dronsberg toe, waardoor de dubbele achternaam Dronsberg van der Linden ontstond.
Dr. Jaap Moes, schrijver van ‘Onder Aristocraten’, heeft het in zijn onderzoek naar de ‘Nationale notabelenelite 1848-1914’ over vier groepen: adel, oud patriciaat, zelfbenoemd (of nieuw) patriciaat en andere burgers. Over dit ‘zelfbenoemd patriciaat’ zegt hij onder meer dat dit deftige families zijn, die in 1848 nog niet eerder bestuurlijke macht uitoefenden en dat deze zichzelf vaak een aristocratisch aureool gaven door dubbele namen of een bezit van een buitenplaats.
De familie Wttewaal (uit te spreken als ‘Uutewaal’) is een oud Utrechts geslacht, waarvan de tak Wttewaal van Stoetwegen in de Nederlandse adel verheven werd. De bekendste telg uit deze tak wellicht is freule Bob Wttewaal van Stoetwegen, die als ‘De Freule’ in de Tweede Kamer grote bekendheid genoot.
Pieter Wilhelm Adrianus was aanvankelijk advocaat, maar werd in latere jaren minister van Justitie en van Binnenlandse Zaken. In de jaren 1913-1918 werd hij minister-president. In deze functie had hij goed contact met de Koninginnen Emma en Wilhelmina.
Bij Bubb Kuyper wordt nu een klein archiefje Cort van der Linden aangeboden (lot 77/2019) dat wordt getaxeerd op 150-250 euro. Een brief van Koningin Emma aan Cort van Linden (77/2017) wordt getaxeerd op 200-300 euro. Van historisch belang is de brief van Koningin Wilhelmina aan Cort van der Linden (77/2018), omdat zij hierin schrijft over het Algemeen Kiesrecht: “Niet minder wensch ik ons vaderland geluk met het bereiken van dezen mijlpaal van het afleggen van uw langen en moeizame weg. Dat ik dit historisch ogenblik mag beleven stemt mij tot groote dankbaarheid. Moeilijk zoude ik mij iets kunnen denken dat mij zooveel voldoening schonk.” Deze brief wordt getaxeerd op 300-500 euro.
Bij het Venduehuis in Den Haag vindt op woensdag 16 november een zaalveiling plaats en op donderdag 17 november een online veiling van Old Masters, Nineteenth Century & Early Modern Art. Eén van de aangeboden lotnummers betreft een olieverfschilderij door Louis Apol, die tot de stroming van de Haagse School behoorde, van het kasteel De Binckhorst in Den Haag. Het komt uit adellijk Haags bezit met een interessante provenance en is sinds 1908 in het bezit geweest van één en dezelfde adellijke familie. De stichting Adel in Nederland kan de koper hierover meer informatie geven. Lees het verhaal over De Binckhorst hieronder of kijk dan in de online catalogi op https://wavemaker.venduehuis.com/auction?auction=500&display=grid en https://wavemaker.venduehuis.com/auction?auction=501
Kasteel De Binckhorst kent een lange en roerige geschiedenis. De oudste vermelding dateert uit 1308 en de eerste bewoner zou Evert van den Binckhorst zijn geweest. Het kasteel kende in de loop der eeuwen vele eigenaren. De adellijke familie Snouckaert van Schauburg, waarvan een tak nog steeds tot de Nederlandse adel behoort met de titel baron, was in de jaren 1563-1678 eigenaar van De Binckhorst. Daarna wisselde het kasteel regelmatig van eigenaar, waarbij het onderhoud niet altijd zorgvuldig was en het verval toesloeg.
In de 19e eeuw kocht Franciscus Binkhorst (1786-1871) het kasteel en woonde hier in de jaren 1839-1846 met zijn echtgenote Maria Helena Koch (1784-1843). Hij was de zoon van een Amsterdamse koopman en werd zelf adjunct-commissaris van oorlog over Amsterdam en omliggende forten (1813-1814), kapitein van de Amsterdamse burgerij, vice-consul van Spanje in Amsterdam (1817-1821) en controleur bij het kadaster. De koop van De Binckhorst verleende status en gaf de familie de adellijke glans van een oude afkomst, terwijl de stamvader de 17e-eeuwse Twentse landbouwer Gerdt ten Binckhorst op het hofhorig erf Binckhorst bij Oldenzaal was.
De zoon van het echtpaar Binkhorst-Koch verkreeg in 1868 naamswijziging en werd in 1842 in de Nederlandse adel verheven. Als jonkheer Johannes Theodorus van Binckhorst van den Binckhorst (1810-1876) ging hij vervolgens door het leven, huwde jonkvrouwe Hyacinthe Caroline Emilie Gericke (1817-1884), werd burgemeester van Meerssen en lid van de Ridderschap van Limburg. Met het overlijden van zijn kleinzoon jonkheer Charles Henri Ernest Louis Joseph Noël van Binckhorst tot den Binckhorst (1882-1912) stierf de familie binnen de Nederlandse adel uit.
Het schilderij meet 70×55 cm, is gesigneerd door Louis Apol en is sinds 1908 altijd familiebezit geweest. Het hing vanaf 1908 in een groot Haags huis van een jonkheer, dat zeer rijk ingericht was, met vele schilderijen uit de in die tijd zeer geliefde Haagse School. De stichting Adel in Nederland kan de koper van dit schilderij hierover meer informatie geven.
Het schilderij wordt getaxeerd op 5000-7000 euro. Veilingopbrengst: 17.000 euro.
Bij Sotheby’s s vond op 9 november de Magnificent Jewels and Noble jewels veiling plaats, waarbij lot 341 een bijzonder juweel betrof: een devant-de-corsage uit de adellijke familie Boreel.
Volgens de veilingcatalogus werd dit juweel gedragen door opeenvolgende hofdames van H.M. Koningin Emma en H.M. Koningin Wilhelmina, die gehuwd waren met jonkheren Boreel. Dit corsage ornament vererfde sindsdien steeds in de familie.
Het devant-de-corsage dateert uit 1890 en bestaat uit drie opengewerkte delen met traliewerk en krulwerkdecoratie, overal bezet met kussenvormige, cirkelvormige en roosdiamanten, elk met een centrale natuurlijke parel. Het werd getaxeerd op ca. 20.000-30.000 euro.
In de kerk van Schettens vond onlangs een bijzondere onthulling plaats: het gerestaureerde memoriebord voor de Friese grietman Wilco baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg (1738-1788) werd door een familielid onthuld: Tjalling baron thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg (1981), die in Groningen woont.
Wilco baron thoe Schwartzenberg was grietman van Wonseradeel en woonde op Wybranda State in Hichtum. Volgens de kerkrentmeester van Schettens, André Buwalda, was hij verder gedeputeerde, dijkgraaf en medeoprichter van de Vrijmetselaarsloge in Leeuwarden.
De familie Thoe Schwartzenberg is een oude adellijke familie en stamt uit het Frankenland. De stamvader werd in 1230 vermeld met de naam Von Seinsheim, maar sinds de verlening van de titel Freiherr (baron) in 1429 werd de familienaam Zu Schwartzenberg. Een nazaat vestigde zich in de 16e eeuw in Friesland en de Duitse naam Zu Schwartzenberg und Hohenlansberg veranderde hier in het Friese Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg. In 1814 werden meerdere telgen opgenomen in de Nederlandse adel.
Het hoofd van de Oostenrijkse tak van de familie kreeg in 1670 de titel Fürst en de overige leden zijn prins/prinses. De huidige Chef de Famille van de Oostenrijkse tak is Karl Johannes 12e Fürst zu Schwartzenberg und Hohenlansberg (1937). Hij heef o.a. de Tsjechische nationaliteit, was bevriend met de schrijver, dissident en latere president Václav Havel en was tweemaal minister van Buitenlandse Zaken van de Tsjechische Republiek.
Benieuwd naar het memoriebord en de kerk van Schettens, waar u zelfs in kunt overnachten? Kijk dan op https://kerkovernachting.nl/
Philibert van Serooskerke vervulde tijdens het begin van de Opstand de hoogste bestuursfuncties in Zeeland en Bergen op Zoom. In een periode waarin steeds meer noordelijke bestuurders en edelen de kant van het calvinisme kozen bleef Philibert het katholicisme en de Spaanse troon trouw. De handelingen van Philibert bleken essentieel voor het verloop van de beginjaren van de Opstand. Deze biografie door jonkheer Adriaan van Riemsdijk biedt een fascinerend inzicht in een zijde van de Opstand die structureel onderbelicht bleef.
Van Philibert van Serooskerke (1537-1579), heer van Serooskerke en Popkensburg stammen de huidige baronnen Van Tuyll van Serooskerken af. De zoons van Philibert namen de naam Van Tuyll aan op basis van hun vermeende afstamming van het Gelderse adellijke geslacht Van Tuyll. Op Slot Zuylen in Oud-Zuilen (tot 1951 bewoond door de familie Van Tuyll van Serooskerken) nabij Utrecht is nog heden het portret van Philibert te zien.
Op woensdag 2 november eindigt bij het Venduehuis in Den Haag de online veiling Collector’s choice: European Interiors, Asian Arts & Silver, met porselein, antiek, kunst, meubelen en o.a. stempels met familiewapen en gravenkroon. Lees het verhaal hierbij hieronder en kijk voor de online catalogus om te zien wat er verder geveild wordt op https://wavemaker.venduehuis.com/auction?auction=507
Familiewapens worden door de meeste mensen geassocieerd met adel, terwijl iedereen in Nederland een familiewapen mag gebruiken en er zelfs nu nog een kan laten ontwerpen. In de Franse Tijd was men dat blijkbaar even vergeten en onder het motto ‘Vrijheid, Gelijkheid, Broederschap’ werden daarom in 1795 familiewapens op openbare plekken verboden – nog heden vindt men in vele kerken de sporen terug van het enthousiaste beitelwerk op grafzerken, waarmee men deze ‘ongelijkheid’ meende te moeten wegwerken.
Met een familiewapen kun je je overigens wel onderscheiden door het af te laten beelden op speciaal voor de opdrachtgever gemaakt porselein, zilver, damast, portretten, enz. In het verleden werd het zelfs op koetsen afgebeeld, maar de eerste personenauto moeten wij nog tegenkomen met een familiewapen op het portier.
Familiewapens worden tegenwoordig nog het vaakst gebruikt op zegelringen. Deze waren bedoeld om een brief te verzegelen, maar worden nu vooral gebruikt als sieraad. Een variant op de zegelring is een zegelstempel. Dit lag klaar op het bureau en na de afdruk in verwarmde zegellak was een brief verzegeld en wist de ontvanger dat de inhoud alleen door hem/haar gelezen was. In het jeugdboek ‘De brief voor de koning’ door Tonke Dragt speelde een verzegelde brief een hoofdrol en moest de schildknaap Tiuri, die in afwachting was van zijn ridderslag, deze verzegelde brief zien te bezorgen.
Bij het Venduehuis worden nu enkele stempels met agaat en zilver aangeboden. Het betreft lot 1517 en het wordt getaxeerd op 200-400 euro. Eén stempel vertoont het familiewapen van de patriciaatsfamilie Meijners/Meyners, de andere hebben initialen, waarvan één is bekroond met de rangkroon van een graaf: een kroon met drie fleurons en twee parels. Veilingopbrengst: 850 euro.