Het boekenweekgeschenk van dit jaar (nu verlengd door het coronavirus) is geschreven door Annejet van der Zijl en gaat over het verhaal van de Nederlander Leon Herckenrath die naar Amerika ging en daar verliefd werd op een slavin, die hij vrijkocht en huwde.
De familie Herckenrath staat in het blauwe boekje van het Nederland’s Patriciaat. De familie kwam oorspronkelijk uit Keulen, maar vestigde zich in de tweede generatie in Meerlo, waar een voorvader onder meer schout was. Leon en Juliette keerden met hun kinderen terug naar Nederland en vestigden zich in Monster, waarvan Leon burgemeester werd. Hun nakomelingen in de mannelijke lijn zijn uitgestorven, maar leven in de vrouwelijke lijn voort, waaronder leden van de patriciaatsfamilies Driessen, De Fremery en Van Löben Sels.
Op 18 en 19 maart vindt bij het Venduehuis in Den Haag een online Kunst- en Antiek Veiling plaats met o.a. deze geschilderde kwartierstaat van jonkheer Storm van ‘s Gravesande. Lees het verhaal hierbij hieronder of kijk in de online catalogus van het Venduehuis voor wat er verder geveild wordt op www.venduehuis.com. Of bezoek de kijkdagen op 13, 15 en 16 maart (i.v.m. het coronavirus zal een beperkt aantal bezoekers tegelijkertijd naar binnen mogen). LET OP: I.V.M. DE NIEUWSTE CORONAVIRUSMAATREGELEN VERVALT DE KIJKDAG OP 16 MAART.
Jonkheer Imilius Frederik Storm van ’s Gravesande (1822-1891) stamde uit een oude regentenfamilie uit Delft. Zijn vader werd in 1842 in de Nederlandse adel verheven en sindsdien was hij jonkheer. Hij leidde het leven van een landedelman, dankzij het fortuin dat hij via de familie van zijn moeder geërfd had en hiervan kocht hij onder meer het kasteeltje Den Bramel in Vorden. Hij werd hier lid van de gemeenteraad en later zelfs wethouder. Daarnaast was hij president-kerkvoogd van de hervormde gemeente in Vorden en plaatsvervangend kantonrechter in Lochem.
Den Bramel werd aan de smaak des tijds aangepast en aan de achterzijde verrees een uitbouw om meer ruimte te scheppen voor het groeiende huishouden. Uiteindelijk zouden er acht kinderen geboren worden, waarvan de eerste helaas dood geboren werd. In het huis hingen vele portretten van illustere voorouders in de vrouwelijke lijn uit de geslachten De Kempenaer, Fagel, Van Heeckeren en Van Gronsfeld-Diepenbroeck.
Deze portretten zullen zeker zijn interesse in zijn voorgeslacht gestimuleerd hebben en het is bekend dat hij een actief genealoog was. Op deze online veiling van het Venduehuis is het resultaat te zien van zijn naspeuringen in de archieven: een geschilderde kwartierstaat met de wapens van zijn zestien betovergrootouders. Wie goed kijkt, ziet dat één wapen ontbreekt: de familie Van Poppenhuisen kwam uit Duitsland en blijkbaar kon jonkheer Imilius geen aanvullende gegevens vinden over zijn betovergrootmoeder.
Voor de statusgevoelige jonkheer Imilius moet deze onbekende voormoeder extra gevoelig zijn geweest vanwege een geruchtmakende familieschandaal: zijn grootvader Imilius Frederik van Poppenhuisen – naar wie hij vernoemd was – had als arme officier, met een lage rang, de rijke Jacoba Johanna de Kempenaer gehuwd. Haar familie was zeer tegen dit huwelijk geweest, maar had dit niet kunnen verhinderen. Door dit rijke huwelijk kon zijn grootvader zijn carrière in het leger opgeven en vanaf 1822 komen we hem als rentenier tegen, die comfortabel van het fortuin van zijn echtgenote kon leven.
Kijk in de online catalogus van het Venduhuis voor wat er verder geveild wordt op www.venduehuis.com. Of bezoek de kijkdagen op 13 en 15 in Den Haag (i.v.m. het coronavirus zal een beperkt aantal bezoekers tegelijkertijd naar binnen mogen).
Op de TEFAF, die helaas vanwege het coronavirus eerder gesloten is, was het Anglesey diadeem te zien, waarmee de geschiedenis van een kleurrijke persoon verbonden is: Henry Cyril Paget 5th Marques (markies) of Anglesey, 6th Earl (graaf) of Uxbridge, 14th Lord Paget (1875-1905).
Ondanks zijn welluidende naam en titels was deze Engelse markies het spreekwoordelijke zwarte schaap en ging hij uiteindelijk failliet, terwijl hij een groot familiefortuin geërfd had. Door zijn grote belangstelling voor de danskunst ging hij de geschiedenis in als de ‘Dancing Marquess’.
Het diadeem bleef tot voor kort in het bezit van de markiezen van Anglesey, maar wordt nu door Hancocks London te koop aangeboden.
André Buwalda en Jeroen Punt werken samen aan een reconstructie van de kapiteins in de Friese compagnies in de 16e en 17e eeuw, met name tijdens de 80-jarige oorlog. Dit waren hoofdzakelijke leden van de Friese adel en zij proberen wekelijks hierover een blog te schrijven. Het nieuwste blog gaat over Peter von Sedlnitsky. Deze Tsjechische edelman trad in Staatse dienst en zijn dochter, Anna von Sedlnitsky, vrouwe van Choltitz (overl. 1635), trad in 1607 in het huwelijk met Isaac de Perponcher, heer van Maisonneuve (overl. 1656), die eveneens officier in Staatse dienst was en afkomstig was uit Frankrijk.
Hun nakomelingen noemden zich De Perponcher Sedlnitsky en werden begin 19e eeuw ingelijfd in de Nederlandse adel. De Chef de Famille kreeg in 1825 de titel graaf bij eerstgeboorte en zijn zoons werden in 1853 in de Koninklijke Pruisische gravenstand opgenomen. Deze zoons deden goede huwelijken, bekleedden hoge functies aan het Pruisische Hof en verwierven uitgestrekte bezittingen, die na de oorlog, onder Russisch bewind, verloren gingen. Hun nakomelingen leven in Duitsland voort.
Noor Quirine Formijne Jonkers, geboren Amsterdam 28 februari 2020, dochter van Henk Formijne Jonkers en Francijntje (‘Francijn’) Quirine Margot Formijne Jonkers née jonkvrouwe de Rotte.
De ontsnapping van één van de grootste rechtsgeleerden van Nederland, Hugo de Groot (1583-1645), uit slot Loevestein in 1621 in een boekenkist, behoort tot de mooiste anekdotes in de Vaderlandse geschiedenis.
In Historisch Bewijs werden drie kisten onderzocht, waarvan gezegd werd dat deze echt waren, maar één kon het natuurlijk maar zijn. Uiteindelijk bleek de kist in Museum Het Prinsenhof de enige die echt zou kunnen zijn, ook al is de herkomstlijn niet geheel bewijsbaar. Volgens familieoverlevering vererfde de kist via de familie De Groot op de familie Graswinckel, die de kist aan Het Prinsenhof schonk.
De families De Groot en Graswinckel zijn beide van oorsprong regentenfamilies uit Delft en nakomelingen werden in de Nederlandse adel verheven. De jonkheren Graswinckel leven voort, maar de jonkheren Cornets de Groot (van Kraayenburg) zijn uitgestorven. Vele leden van de Nederlandse adel stammen overigens in de vrouwelijke lijn van Hugo de Groot af.
Let op: helaas gaat dit symposium niet door i.v.m. het coronavirus.
De Werkgroep Adelsgeschiedenis organiseert een zeer interessant symposium over Adel & Reformaties in de Lage Landen op vrijdag 3 april aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.
Wat was de rol van de adel in de Nederlanden tijdens de religieuze reformaties in de lange zestiende eeuw? Klopt de klassieke interpretatie van een katholieke, Spaansgezinde factie aan de ene kant en protestantse rebellen aan de andere? Of is het tijd voor herziening? Deze en andere vragen staan centraal tijdens het symposium Adel & Reformaties in de Lage Landen, 1450-1650, georganiseerd door de Werkgroep Adelsgeschiedenis en het Amsterdam Centre for Religious History.
Mr. Carel J.H. baron van Lynden was gedurende ongeveer 25 jaar honorair consul van Frankrijk in Rotterdam en deze functie vervulde hij ‘met waardigheid en toewijding’. De Franse Republiek onderscheidde hem als Chevalier de Légion d’Honneur als dank ‘voor zijn inzet ten behoeve van de versterking van de banden tussen onze twee landen en ter bevordering van de Franse economie en cultuur in Nederland’.
Op 12 februari jl. reikte Luis Vassy, Ambassadeur van Frankrijk in Nederland, hem op de Residentie van Frankrijk in Den Haag de onderscheiding uit.
Gisteravond was op NPO2 het laatste deel van de vierdelige serie met Jort Kelder te zien, waarin leden van de Nederlandse adel aan het woord kwamen over hun familiegeschiedenis, het in stand houden van familietradities en landgoederen. Kenmerkten voorgaande afleveringen zich vooral door zeer fraaie beelden met veel honden, waarin te weinig werd doorgevraagd, in deze laatste aflevering ging het veel meer de diepte in.
Pim baron Bentinck van Schoonheten, jonkheer Tjalling van Eysinga, Hermance barones van Heeckeren van Kell en Nathalie barones van Verschuer née des Tombe zijn door hem een jaar lang gevolgd in hun dagelijkse leven en komen in deze serie, naast andere familieleden, uitgebreid aan het woord. Bijzonder en ontroerend in deze laatste aflevering zijn de beelden van het afscheid van mr. L.G.A.W. baron van Heeckeren van Kell.