Beverweerd werd door Stadhouder Maurits, prins van Oranje, geschonken aan zijn bastaardzoon Lodewijk van Nassau (1602-1665). Diens zoon Maurits Lodewijk werd in 1679 de titel van graaf verleend en de graven Van Nassau La Lecq bleven in het bezit van Beverweerd tot de laatste nakomelinge in 1810 overleed: Henriette Jeanne Susanne Marie barones van Heeckeren née des H.R. Rijksgravin van Nassau La Lecq, vrouwe van Beverweerd en Odijck.
Beverweerd vererfde vervolgens op haar zoon Hendrik Jacob Carel Jan baron van Heeckeren (1785-1831), die gehuwd was met de schatrijke bankiersdochter Elisabeth Hope (1794-1860). Het echtpaar behoorde tot de rijkste inwoners van Nederland en had een vermogen van ongeveer 6 ½ miljoen gulden. Zelf werd zij geboren in Amsterdam en groeide op in Londen. Haar broers en zusje woonden in Frankrijk en Engeland, en zo was het niet verwonderlijk dat dit echtpaar internationaal georiënteerd was. Het was dit echtpaar dat Beverweerd groots liet verbouwen aan de binnen- en buitenkant, waarbij ook het park niet werd vergeten.
Nadien vererfde het op hun nakomelingen, de baronnen Van Heeckeren, en daarna op de graven Van Rechteren Limpurg. De laatste nakomelinge van Prins Maurits die eigenaar was van Beverweerd was Lutgardis Gräfin zu Castell-Castell née gravin van Rechteren Limpurg, vrouwe van Beverweerd en Odijck (1908-1989). Zij verkocht in 1958 het kasteel, maar bleef in het bezit van het ca. 500 ha. grote landgoed en haar nakomelingen bezitten dit nog.