Op 15, 16 en 17 november vindt bij het Venduehuis in Den Haag de grote najaarsveiling plaats en op deze veiling worden twee bijzondere, beschilderde 18e-eeuwse tafeltjes aangeboden uit familiebezit, die van kasteel de Wittenburg in Wassenaar afkomstig zijn.
Jonkheer Helenus Marinus Speelman (1857-1909) stamde uit een geslacht dat in de 17e eeuw tot aanzien kwam in dienst van de V.O.C. en een voorvader bracht het in de jaren 1681-1684 zelfs tot gouverneur-generaal van Ned.-Indië. Diens kleinzoon werd in 1686 door de Engelse Koning Jacobus II verheven tot Baronet en sindsdien voerde het hoofd van de familie het erfelijke, niet-adellijke predikaat van ‘Sir’. In 1817 werd de familie in de Nederlandse adel verheven met het predikaat jonkheer/jonkvrouwe.
De vader van jonkheer Speelman, jonkheer Sible Speelman, huwde Frederika Sophia Carolina Insinger en haar moeder stamde uit de buitengewoon vermogende familie Borski, waardoor er ruime financiële middelen aanwezig waren voor een luxueuze levensstijl.
In 1881 trad jonkheer Helenus Marinus Speelman in het huwelijk met Sophie Adrienne barones Sloet van Oldruitenborgh (1860-1941). Het echtpaar woonde eerst in Den Haag in een vorstelijk pand aan de Korte Vijverberg, waarin nu het Haags Historisch Museum is gevestigd, en huurde kasteel Zuylenstein als buitenverblijf, waar ook hun tweede dochter werd geboren.
In 1899 besloot het echtpaar dat het tijd was voor een eigen kasteel en kocht een stuk grond in Wassenaar, waarop zij een kasteelachtig huis liet bouwen, dat geïnspireerd was op kasteel Zuylenstein. In navolging van de uivormige bekroning van de grote toren van Zuylenstein wilde ook jonkheer Speelman dit op zijn toren en vroeg toestemming aan graaf Van Aldenburg Bentinck, de eigenaar van Zuylenstein, maar hij verleende deze niet. Het huis werd er niet minder indrukwekkend om en de grote toren werd zelfs in het laatste stadium van de bouw nog met een verdieping verhoogd.
Toen de bouw voltooid was en het huis naar de smaak van de tijd was ingericht, kon jonkheer Speelman zich een echte kasteelheer voelen. Zo ontving hij hier in 1903 een jachtgezelschap met Prins Hendrik: ‘Op het landgoed de Wittenburg werd Z.K.H. en het jachtgezelschap op zeer gastvrije wijze ontvangen door den eigenaar Ridder Baronet Speelman. Nadat menige frissche dronk de dorstige kelen had gelaafd, werden een paar hindernissen voor het kasteel genomen, waarna Z.K.H. zich weer aan het hoofd plaatste en de jacht over Groot-Hazebroek geleidde naar het feestterrein bij de Roggewoning.’ Datzelfde jaar was de Wittenburg het decor voor het groots gevierde huwelijk van de oudste dochter met jonkheer Van der Wyck.
Niet lang kon jonkheer Speelman genieten van al dit fraais, want in 1910 overleed hij onverwachts op de Wittenburg. Zijn weduwe bleef achter met twee ongehuwde dochters, die in de jaren erna een baron Bentinck en een jonkheer De Beaufort zouden huwen. Na de Duitse inval in 1940 werd het kasteel gevorderd door de Duitsers en de douairiere vertrok naar haar oudste dochter op huis Archem in Ommen, waar zij in 1941 overleed. Het kasteel werd door de erfgenamen in 1955 aan de gemeente Wassenaar verkocht.
Uit de inboedel bleven tot voor kort in familiebezit twee fraai beschilderde 18e-eeuwse klaptafeltjes bewaard, die op oude interieurfoto’s zijn terug te zien. Het betreffen de kavels 5512 en 5513 en beide tafeltjes worden geschat op 800-1200 euro.
Kijk voor de catalogus online van deze veiling op www.venduehuis.com/catalogus/veiling/81 of bezoek de kijkdagen op zondag 12 of maandag 13 november in het Venduehuis der Notarissen in Den Haag. Voor meer informatie zie www.venduehuis.com.